Wil je eerst het gedeelte uit de bijbel lezen?
Gemeente des Heren,
Een gevoelig onderwerp vanmorgen. Letterlijk en figuurlijk. Want het gaat over de besníjdenis. Het is létterlijk gevoelig omdat er dan in ons lichaam, ons vléés, gesneden wordt en dat is meestal héél gevoelig, geeft eigenlijk altijd píjn. Bovendien wordt er in een stukje vlees gesneden dat éxtra gevoelig en teer is, en dus hévig pijn doet. En het is figùùrlijk gevoelig omdat het aan een lichaamsdeel gebeurt, dat gevoelsmatig zwaar belast is, omdat het met seks te maken heeft. Het mannelijk geslachtsorgaan. Als je op catechisatie het erover hebt, wordt er natuurlijk echt op gereageerd als je van pubers kan verwachten, met gniffelen, giechelen, soms flauwe grapjes. Want het onderwerp maakt verlegen, geeft valse schaamte, zorgt voor een ongemakkelijke houding van jongens tegenover meisjes en omgekeerd.
Bij ons worden de pasgeboren jongetjes niet besneden, zoals bij de joden nóg en óók bij de islamieten, maar ze worden mét de meisjes gedóópt. Het oude doopformulier zegt zelfs dat de doop in de plááts van de besnijdenis gekomen is. Dat is niet in álle opzichten zo, maar er zit wel een stùkje waarheid in. Het zijn allebei tekenen van God, dat wij zíjn volk mogen zijn, dat Hij een verbónd met ons wil sluiten, ons wil verlóssen. De besnijdenis is dat teken in het oùde verbond, met Israël, de doop is dat teken in het niéuwe verbond, met ieder die het van de Here Jézus mag verwachten. Daarom zullen we, wanneer we nadenken over de besnijdenis, vanzelf ook de betekenis en waarde van de dóóp beter begrijpen.
En, om het prachtig beeld van Calvijn te gebruiken, nu is God de grote pedagoog, de wijze opvoeder, die aan de ene kant áánsluit bij wat bij de mensen bekènd en vertróuwd is, maar het aan de andere kant op een hóger plan verheft. Het Moet van de Here al op de áchtste dag gebeuren. Dan is het veel minder lang pijnlijk dan op oudere leeftijd, al zet elke baby bij wie het gebeurt het op een oorverdovend krijsen. En zo wordt het ook wat uit de seksuele sfeer gehaald. Maar vooral: het wordt een teken, dat men onbelemmerd een ánder verbond van liefde en trouw binnentreedt, een ánder samenleven, een ándere eenheid. Gods verbond met ons, waarin Hij onze God wil zijn en wij zijn volk mogen wezen. Het volk, waaraan Hij zijn beloften van heil en zegen waar maakt en dat in Hem gelooft en Hem dient, dat naar Hem weet te luisteren en van Hem weet te spreken. Gods verbond als een heerlijke open onverhinderde verbinding en verhouding tussen God en mens.
<pstyle="text-align: justify; >Als God Mozes er op uit stuurt om Israël uit Egypte te bevrijden, protesteert de laatste. Hoe zou Farao naar mij luisteren? Want ik ben onbesneden van lippen? Waarmee hij bedoelt: ik kan moeilijk spreken, ik ben daarin belemmerd en geblokkeerd. Als Jeremia Gods Woord aan zijn volksgenoten moet brengen, protesteert hij ook. Ze luisteren niet, zegt hij. Ze zijn doof. Hun oor is onbesneden. Er dringt niks doorheen. Maar God zegt via het teken van de besnijdenis: Ik zal tóch zorgen voor een open, communicatieve verbondsrelatie tussen Mij en mijn volk. Een relatie zonder belemmeringen en verstoppingen. Een heerlijke geestelijke verhouding van liefde en trouw, waarin we onbelemmerd met elkaar zullen praten en naar elkaar zullen luisteren. Een openhartig innig omgaan met elkaar zoals man en vrouw in een huwelijk. Zo'n fijn verbond bedoel ik, zegt God. En Ik promoveer de besnijdenis tot een teken daarvan.En heeft de doop niet dezelfde betekenis? Ja zeker. Daarmee zegt God ook: Ik sluit mijn verbond met jou. Jij bent voortaan onbelemmerd voorwerp van mijn liefde en genade in de Here Jezus Christus. En als ze allebei, besnijdenis en doop, al zo snèl na de geboorte van een nieuw mensenkind, plaats vinden, wil dat tot onze tróóst zeggen, dat de Here ons al dirèct een bijzóndere levensgrens laat passeren. De overgang van het oude verloren leven buiten Hem naar het nieuwe leven in zijn verbond. Dat Hij al aan het prille begin van ons leven álle belemmeringen wegneemt om zich in liefde en trouw met ons te verbinden en ons in staat te stellen zich in liefde en trouw met Hem te verbinden. God wil in Jezus Christus onze Redder zijn, wil van ons houden, voor ons zorgen, over ons waken, ons leiden, ons de zonden vergeven, ons met zijn gaven toerusten, ons reinigen van het kwade, ons voorbereiden op de eeuwige zaligheid. En dat al vanaf onze gebóórte. Al vanaf díe tijd heeft Hij ons zijn heil toegezegd en is Hij liefdevol met ons bezig. Wat een blijde boodschap voor ons allemaal, voor oud en jong. De Here staat aan het begin van ons leven. Niet alleen als onze Schepper, maar ook als onze Verlosser. En we zijn voorgoed met Hem verbonden. We dragen altijd door het teken, dat we bij Hem horen.
En als de besnijdenis gebeurt aan het stukje van ons lichaam, dat met de voortplanting te maken heeft, wil dat óók zeggen, dat de Here zijn verbond van liefde en trouw met ons voortzet van geslacht tot geslacht. Van de ene generatie op de andere. Dat krijgt in Genesis 17 ook álle nadruk. De Here belooft daarin aan Abraham: Ik zal mijn verbond oprichten tussen Mij en u en uw nageslacht in hun geslachten, tot een eeuwig verbond, om u en uw nageslacht tot een God te zijn. Maar Hij vráágt ook van Abraham: En wat u aangaat, gij zult mijn verbond houden, gij en uw nageslacht in hun geslachten. Het is de menselijke ervaring, dat ook het kwáád zich bij ons voortplant. Dat is zó diep in ons bestaan doorgedrongen, dat elk nieuw mensenkind daar niet vrij van is. Elke pasgeborene is in een mensengemeenschap terecht gekomen, waarin de zonde welig tiert, en het zal er onherroepelijk door besmet worden. Het heeft ook eigenschappen en begeertes meegekregen van de ouders en het verdere voorgeslacht, die, als ze later openbaar worden, niet zó best zijn. Er wordt een hoop kattenkwaad afgekeken van anderen, maar ouders vragen zich ook wel eens zuchtend af: waar háált dat kind het vandaan? Het kwaad gaat van buitenaf naar binnen, en het komt van binnenuit naar buiten. Het heeft in ieder geval zijn wortels heel diep in ons menselijk geslacht. Toen David verslagen en beschaamd nadacht over zijn overspel met Bathseba moest hij óók erkennen hoe diep het kwaad wel in zijn hart zat. Het zat al bij de bronnen van zijn bestaan. Zie, in ongerechtigheid ben ik geboren, in zonde heeft mijn moeder mij ontvangen. Het zit er niet in geschápen, want dan zou God de máker van het kwaad zijn, en Hij schiep alles juist goed, maar het zit er wel in vóórtgeplant. Het hoort helemaal bij ons huidige bestaan. We kunnen er ons zelf niet los van zien. Wat een verdriet.
Maar wat een troost, dat de Here met zijn goedheid en trouw óók zo diep in onze mensengemeenschap wilde neerdalen. Bij wijze van spreken ook zijn verbond van genade wil doen voortplanten bij ons, zodat elk nieuw mensenkind in zijn heil mag delen. Het verbond met Abraham, zijn vrind, bevestigt Hij ook van kind tot kind. Dat zegt de besnijdenis. Dat zegt ook de doop, vooral de kinderdoop. God zegt zo via die tekenen: mijn belofte van vergeving en verlossing, van eeuwig heil, geldt niet alleen voor jou zelf, maar ook voor je kinderen. Ik wil niet minder hèn vasthouden in mijn trouw en liefde. Ik wil niet minder mijn zegenende handen over hèn uitspreiden. Ik wil niet minder hùn Zaligmaker zijn door de Here Jezus Christus. Maar Hij vraagt aan de andere kant ook van ons om dat verbond te houden van kind tot kind. Om elk nieuw geslacht in aanraking met Hem en zijn Zoon, de Here Jezus, te brengen. Om elk nieuw geslacht op te voeden in geloof, hoop en liefde. Om elk nieuw geslacht te leren wat het is om de Here te dienen en daarin voor te gaan. "Ik zal Uw Naam bij elk geslacht doen kennen. Van kind tot kind zal het zich aan U gewennen". Wat heerlijk als zo het estafettestokje van het evangelie, van Gods heil, wordt doorgegeven in de loop der geslachten. Bovenal door het werk van God, maar waarbij Hij ons mensen toch ook inschakelt, want het verbond is wel eenzijdig door Hem opgericht, en Hij staat ervoor in, dat het eeuwig stand houdt, maar er zit toch ook een menselijke kant en verantwoordelijkheid aan. En zo meldt geslacht aan geslacht Gods goedheid en Gods kracht, de grootheid van Gods daden. Zo gaat een blinkend spoor van lof de eeuwen door en prijzen we Gods genade.
En als we tekort schieten, terugvallen in het verkeerde, van onze kant het verbond met God even breken? Denk er dan aan, dat Jezus achter ons staat, ons wil vergeven en opnieuw met ons wil beginnen. Hij is helemaal solidair met ons. Want Hij is op de achtste dag van zijn leven besneden en Hij is door Johannes de Doper in de Jordaan gedoopt. Een gevoelig onderwerp. De besnijdenis. Toch ook een onderwerp, waar een bijzondere boodschap van uitging. Naar ons toe vanmorgen. Heeft het ons geraakt op een gevoelig plekje ... in ons hart? Amen.
Rapporteer
My comments