De website van Arie Tromp

  • Verschenen in: Kerk- en Verenigingsklanken (Herv. Gemeente Krimpen aan de Lek)
  • op: 1 juli 1985
Psalm 19 : 2 en 8 De twee boeken

Psalm 19 : 2 en 8


Wil je eerst het gedeelte uit de bijbel lezen?   

De twee boeken

De hemelen vertellen Gods eer
De wet des Heren is volmaakt

Psalm 19 : 2 en 8.

We gaan de vakantietijd weer in. En dan hebben we meer dan anders oog voor de schoonheid van de natuur. We zoeken de mooiste gebieden op. En in die gebieden zoeken we de mooiste plekjes op. En zonder dat onze gedachten afgeleid worden door allerlei beslommeringen en zorgen genieten we van al het fraais om ons heen. Ja, dan gaan onze ogen opnieuw open voor de wonderen van Gods schepping. Die bewonderen we. Daarover verwonderen we ons. Ik hoop het althans. Want het is een zinrijker en vruchtbaarder besteding van de vakantie dan goedkope pret in allerlei vermaakscentra. En ik hoop, dat we zo opnieuw een diepe indruk krijgen van Gods grootheid en macht, die alles zo voortreffelijk geschapen heeft. Misschien gaan we zo, na lange tijd, weer eens goed over God nadenken en gaan we Zijn nabijheid voelen, om ons heen en in ons hart. Op bergen en in dalen en overal is God.

David, de dichter van psalm 19, zag Hem vooral, als hij 's nachts opkeek naar de nachtelijke sterrenhemel en overdag de zon als een schitterende bruidegom het pad van de ene horizon naar de andere zag lopen. De hemelen vertellen Gods eer en het uitspansel verkondigt het werk van Zijn handen. Zo, is de schepping "voor onze ogen als een schoon boek, waarin alle schepsels, groot en klein, als letters zijn, die ons de onzichtbare dingen van God geven te aanschouwen, namelijk zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid", zie art. 2 Ned. Gel. Bel. Het is goed, als het genieten van de natuur eigenlijk ook een soort genieten is van God en als we aan alles om ons heen Zijn heerlijkheid, grootheid en macht aflezen.

Maar wat erg als het bij het lezen van dit ene boek blijft en we na onze vakantie, al of niet met gebed, schriftlezing en kerkgang, datzelfde oude leventje blijven leiden, waarin we Gods grootheid en aanwezigheid niet ervaren, niet willen ervaren, waarin we Hem ver van ons afhouden, omdat alles, zowel bij getob als bij genot, om ons zelf draait. Dan zal eenmaal tegen ons gezegd worden: "Je bent aan Mij voorbijgegaan, hoewel je in het boek van de schepping over Mij gelezen hebt en daardoor van Mij afwist. Je kunt niet zeggen, dat je van Mijn bestaan niet wist. Je wist door het boek der schepping zoveel van Mij, dat je kon kiezen: of Mij nader leren kennen, of de waarachtige en ingrijpende ontmoeting met Mij vermijden. En je hebt voor dat laatste gekozen." Dan zijn we niet te verontschuldigen - weer artikel 2 en tevens Rom. 1 : 20 citerend: "welke dingen alle genoegzaam zijn om de mensen te overtuigen en hun alle onschuld te benemen".

Daarom is het zo belangrijk, dat de lezing van het eerste boek, getiteld: "de schepping", ons er toe brengt, dat we het tweede boek openslaan, getiteld: "de bijbel". Want wil je de in de schepping gevonden God nader leren kennen, dan kan dat alleen in dat boek, Gods eigen Woord. En dat is echt een nadere kennismaking met God. Nog veel persoonlijker en ingrijpender. Dan komt er meer bij te pas dan genieten van wat Hij geschapen heeft. Dan leren we Zijn heiligheid kennen en daarmee onze zondigheid. Zijn rechtvaardigheid en daarmee onze schuld en verlorenheid. Maar ook zijn vergevingsgezindheid en liefde voor berouwvolle zondaren door Jezus Christus. Zijn verlossende trouw en trouwe verlossing door alle nood en dood heen voor wie hun leven aan Hem prijsgeven. Zo leren we God pas werkelijk kennen. Tot in het diepst van zijn hart, waarin Hij gedachten van vrede koestert en niet van onheil om ons een hoopvolle toekomst te geven, Jer. 29 : 11.

Ja, de wet des Heren, dat tweede boek, is volmaakt, te meer daar er niet alleen Gods wet in staat, maar ook het evangelie van Jezus Christus, van Hem, die voor ons de wet vervuld heeft en zo al onze zonden kan vergeven en ons voor nu en voor eeuwig met God kan verzoenen.

De wet des Heren is volmaakt, bekerende de ziel. Nee, met bewondering over het werk van de Schepper komen we er niet. Diezelfde God is de Verlosser. Naast de schoonheid van de schepping is er de afschuw van het kruis, dat in dat tweede boek beschreven staat als de vaste rots van behoud van schuldbewuste zondaren. Misschien leest u in de vakantie extra veel boeken. Leest u deze twee boeken ook?

1000 Resterende tekens


Advertentie 1

 

Advertentie 2

Advertentie 3

 

Advertentie 4