De website van Arie Tromp

  • Verschenen in: Kerk- en Verenigingsklanken (Herv. Gemeente Krimpen aan de Lek)
  • op: 1 februari 1990
Psalm 104 : 33 Zolang ik nog ben

Psalm 104 : 33


Wil je eerst het gedeelte uit de bijbel lezen?   

Zo lang ik nog ben

Ik zal de Here zingen zolang ik leef
ik zal mijn God psalmzingen, zolang ik ben.

Ik las het volgende in een blad voor ouderen. Een predikant bezoekt een hoog bejaard gemeentelid. En deze vertelt hem hoe fit en actief hij nog is. Hij bezoekt en helpt iedereen. Zijn buren, zijn kinderen en kleinkinderen, aan huis gebonden mensen van de kerk. "Ik kom nog tijd tekort, dominee!" Aan het eind van het bezoek neemt de predikant zijn bijbeltje en leest hij maar één regeltje daaruit. "Ik zal mijn God psalmzingen, zolang ik ben." Bij de handdruk vraagt hij: "Kan dat er ook nog bij?" Beschaamd antwoordt de man, dat hij daar niet aan toe komt.

"Zolang ik nog ben." We hebben het vaak zo druk, dat we vergeten om er echt te zijn, om heel bewust te leven. We verbazen ons dan niet meer over het wonder, dat we op deze aarde rondlopen, nóg rondlopen. We genieten daar niet van. Carpe diem. Pluk de dag. In de goede zin. Maar we doen het niet. Alsof 't vanzelf spreekt, dat er morgen weer een dag is. Alsof we er altijd zullen zijn. Met het grote gevaar dat we, als ons leven ten einde is, zijn vergeten om echt te leven.

En dat einde komt een keer. Er komen zijn vaak genoeg roepstemmen te horen, die ons melden, dat ieder mens er eens niet meer zal zijn.

Hoe kan trouwens een ongeneselijk zieke, die weet, dat zijn dagen geteld zijn, het leven dan juist 'indrinken' en 'opzuigen'. Hij neemt alles goed in zich op. Hij geniet van de eenvoudige dingen. Wat wij zo belangrijk vinden, vindt hij heel betrekkelijk. Te gering van waarde om de weinige en kostbare tijd aan te besteden. Waar wij aan voorbij gaan, daar ziet hij de schoonheid van in: een bloem, de zon, een wolkenformatie, een spelend kind, vee in de wei. Het leven vloeit uit hem weg. Hij lijdt daar aan. En tegelijk geniet hij op heel speciale manier van het leven, zolang het er nog is.

"Zolang ik nog ben." Iets daarvan zouden we allemaal moeten hebben, ook in onze gezonde en goede dagen. Ik denk, dat de dichter van psalm 104 dat ook had. U moet die psalm eens lezen.

Wat heeft hij oog voor alles om zich heen, vooral voor de natuur, Gods mooie schepping. Voor de grootsheid daarvan. Voor de orde daarin. Zon, maan en sterren. Bergen, rivieren en bronnen. Bomen, bloemen en planten. Vogels, vissen en landdieren. De plaats van de arbeidende mens in het geheel. En het feit, dat alles leeft dank zij de leven gevende Geest van God. En dat er niets meer leeft als God hun adem wegneemt.

Wanneer hij dat alles zo tot in details in zich opneemt, het overziet en overdenkt, rijst vanzelf een loflied op tot Hem, die alles schiep. Die ook die kijkende, bewonderende, dichtende mens schiep. Die hem voor een tijd het leven gaf om het ook echt te beleven. Met zichzelf, met medemensen, met de natuur, met God. "Ik zal mijn God psalmzingen zolang ik nog ben."

Het leven is tijdelijk, is broos en teer. Maar 't is ook zo mooi. 't Is zo'n wonder. Laten we daarom niet treuren, maar er zonder dralen van genieten. Laten we daarom de God van dat leven prijzen, terwijl we er nog zijn. Laten we onze dagen vullen met voluit te leven voor Gods aangezicht. Waarbij we in ons hart een heel persoonlijke omgang met Hem hebben. "Ik zal míjn God psalmzingen". Mijn persóónlijke God. Met wie ik een persóónlijke band heb. Die ik vol vertrouwen de mijne mag noemen. Van wie ik dus geloof, dat Hij mijn leven in de hand heeft, bestuurt, en dwars door alle ups en downs heen tot zijn eeuwige zaligheid zal voeren. Dan zal er helemaal psalm gezongen worden tot Zijn eer. Maar zolang wachten we niet. We zijn er ook op aarde om het loflied aan te heffen. Ik ben er nog! God zij geloofd! Ik ben er nog om God te loven! Leven is loven. Nog leven is loven.

1000 Resterende tekens


Advertentie 1

 

Advertentie 2

Advertentie 3

 

Advertentie 4